Belangrijkste gitaarakkoorden
Om in alle toonsoorten liedjes te kunnen spelen heb je minimaal eigenlijk 36 akkoorden nodig: mineur, majeur en septiem in de twaalf mogelijke toonsoorten (niet helemaal correct, maar we houden het even eenvoudig).
Vanwege de stemming van de gitaar zijn veel van die akkoorden lastig te grijpen (we willen barré-akkoorden voorlopig vermijden). Het onderstaande lijstje bevat de akkoorden die je moet kunnen spelen om in de gitaarvriendelijke toonsoorten aan de gang te kunnen. Met een capo kun je altijd een paar (halve) tonen omhoog.
Een o boven een snaar in zo'n diagram betekent dat de snaar 'open' is en meegespeeld mag worden.
Een x erboven geeft aan dat de snaar niet meegespeeld mag worden. Meestal betreft het de laagste of laagste twee snaren.